Je lichaam heeft energie nodig te functioneren. Door het eten van suiker of geraffineerde koolhydraten (een vorm van suiker) krijg je een snelle stoot energie. Suiker zit in heel veel producten zoals honing, koek, chocolade, snoep, vruchtensappen, frisdrank, vruchtenyoghurt, jam, alcohol, tomatenketchup etc. Je krijgt energie omdat het eten van deze suikers ervoor zorgen dat je glucosegehalte in je bloed stijgt. Dit wordt ook wel je bloedsuikerspiegel genoemd. Zodra je bloedsuikerspiegel stijgt krijgt je alvleesklier een seintje om het hormoon insuline aan te maken. Insuline is namelijk nodig om de glucose naar je cellen te brengen waar ze nodig zijn om energie te geven. Dit kunnen je hersencellen zijn maar ook je spiercellen. Is er een overschot aan suikers dan slaat het lichaam dit op in de voorraadkamer voor barre tijden: je vetcellen. Door dit alles daalt je bloedsuikerspiegel weer. We zijn als mens niet gebouwd op de overvloed van (zoete) voeding we tegenwoordig hebben. We zijn gebouwd op schaarste. Door het te vaak en teveel eten van suikers/geraffineerde koolhydraten raakt je bloedsuikerspiegel uit balans. Je krijgt dan eerst een piek en nadat de insuline haar werk heeft gedaan onstaat er een dal. Je herkent dit misschien wel als een lunchdip dat je eigenlijk languit op de bank wilt liggen om te slapen. Herkenbaar?
Dat is het dal in je bloedsuikerspiegel. Het nadeel van teveel en te vaak insuline in je bloed is dat je cellen het vermogen verliezen om te reageren op deze insuline. Hierdoor gaat je lichaam nóg meer insuline aanmaken want je bloedsuikerspiegel móet naar beneden. Een voortdurende hoge insulineproductie verstoort je stofwisseling. Onthoud dat zolang er insuline in je bloed circuleert je lichaam stopt met het verbranden van vet. Dit ligt voor de hand want er is immers genoeg energie te halen uit de glucose in je bloed. Als dit echter veel en vaak gebeurt gaat je lichaam het vet vastzetten. Het lijkt er immers op of je je vet nooit nodig hebt voor gebruik van energie want er is altijd energie te halen uit je bloedsuiker. Je lichaam "vergeet" als het ware dat het ook je vet kan verbranden om energie te krijgen. Hoe minder gevoelig je bent (geraakt) voor insuline, hoe meer vet je lichaam opslaat. In plaats van je spier- en hersencellen worden je vetcellen bevoorraad. Waardoor jij maar suikers blijft eten omdat je het gevoel hebt dat je steeds energie tekort komt. Dat klopt ook! Je lijf schreeuwt om energie maar de overdaad aan insuline heeft je stofwisseling verstoord. De eerste kenmerken van overgevoeligheid voor insuline zijn;bijvoorbeeld: enorme trek in suikers en koolhydraten, emotie eten, dikker worden in de taille, steeds meer moeite om af te vallen, vermoeidheid, een laag energiepeil, hoog cholesterol, last van maagzuur, slecht slapen, onregelmatige menstruatie..
Hoe breng je je bloedsuikerspiegel weer in evenwicht?
– Eet zo min mogelijk suiker en geraffineerde koolhydraten en eet meer groente en fruit
– Eet 3 maaltijden per dag en 3 gezonde tussendoortjes om je bloedsuikerspiegel in balans te houden
– Zorg iedere dag voor voldoende beweging (liefst in de buitenlucht)
– Neem voldoende rustmomenten en zorg voor een goede balans tussen inspanning en ontspanning
Wil je meer weten over dit onderwerp kijk dan eens op www.sugarchallenge.nl
